Door Evelien Campfens en Jo’anne van Ooijen
Hoe weet je als museum waaraan je allemaal moet denken bij herkomstonderzoek, en wanneer je hebt voldaan aan je zorgvuldigheidsplicht? Deze handreiking biedt enkele handvatten.
Herkomstonderzoek staat in de spotlights. Door het onderschrijven van de Ethische Code voor Musea zeggen musea toe geen voorwerpen te verwerven met een onduidelijke herkomst, en dat zij voor verwerving alles in het werk zullen stellen om de eigendomsgeschiedenis van het object (de herkomst) te achterhalen. Naast ethische regels zijn er ook steeds meer juridische regels op dit terrein.
Ethische en juridische normen
De Ethische Code voor Musea is de vertaling van de ICOM Code of Ethics, de ethische standaard voor de museale sector wereldwijd. Deze Code stelt dat musea alleen voorwerpen kunnen verwerven als de volledige herkomstgeschiedenis (waaronder wordt verstaan: alle eigendomsovergangen) is gedocumenteerd. In de praktijk blijkt dat niet altijd haalbaar, zoals de Ethische Codecommissie in haar advies over herkomstonderzoek uit 2021 erkende, omdat in het verleden niet altijd belang werd gehecht aan het documenteren van de herkomst. Hierdoor zijn er veel ‘unprovenanced’ objecten (‘wezen’) in circulatie waarvan onduidelijk is hoe en wanneer ze precies werden verkregen en verhandeld. In tegenstelling tot andere sectoren van de handel in kwetsbare objecten, bestaat voor cultuurgoederen geen registratieplicht. Daardoor kon de handel in illegaal uitgevoerde cultuurgoederen of ‘roofkunst’ relatief ongemerkt zijn beloop hebben.
Deze realiteit ontslaat musea niet van de verplichting er alles aan te doen om na te gaan of sprake is van een ‘goede’ herkomst voordat ze tot verwerving overgaan (waaronder aankoop, maar ook bijvoorbeeld het aanvaarden van een schenking wordt verstaan). Musea vervullen immers een voorbeeldrol in de zorgvuldige omgang met erfgoed. Bovendien geldt zo’n onderzoeksplicht inmiddels voor iedereen als gevolg van nieuwe regelgeving om illegale handel tegen te gaan.
Sinds 2020 geldt bijvoorbeeld dat de invoer van cultuurgoederen uit niet-EU landen, waarvan blijkt dat deze in het verleden illegaal zijn uitgevoerd, strafbaar is. Aan deze regeling zal een vergunningensysteem worden gekoppeld waarvoor informatie over de herkomst bepalend is, en hiermee wordt herkomstonderzoek dus cruciaal. Ons Burgerlijk Wetboek stelt daarnaast al langer eisen op dit gebied, namelijk -samengevat- dat je bij verwerving de volgende punten moet checken:
- de documentatie over de herkomst van het cultuurgoed: zijn er verdachte lacunes in de herkomst, of kan het illegaal zijn uitgevoerd?
- de vereiste vergunningen om het object te exporteren: zijn er ooit vergunningen afgegeven, en zo niet, vanaf wanneer was het cultuurgoed aantoonbaar buiten het land van (vermoedelijke) herkomst?
- de hoedanigheid van de partijen bij een koop: gaat het om professionele partijen? Zo ja, dan worden hogere eisen gesteld aan het herkomstonderzoek voor verwerving;
- de betaalde prijs: geeft die aanleiding te vermoeden dat sprake is van illegale praktijken?
- zijn alle toegankelijke registers voor gestolen cultuurgoederen en andere informatie, documentatie
en instanties geraadpleegd? Dergelijke informatie en registers verschillen per categorie (en er komen steeds meer bij), maar de Interpol database, de zogenaamde ‘Rode lijsten’ van ICOM, en diverse databases waar Naziroofkunst staat geregistreerd zijn standaard bronnen voor zo’n ‘checklist’. - in ieder geval moeten ontwikkelingen goed in de gaten worden gehouden.
Er verschijnt steeds meer internationale regelgeving op dit terrein. ‘Criminalisering’ en een toenemend belang van de wetten van het herkomstland voor de vaststelling of een voorwerp ‘onrechtmatig’ is uitgevoerd, zijn daarbij de trend. Dit betekent dat herkomstonderzoek een steeds prominentere rol krijgt. In de VS maar ook in landen om ons heen zie je dat zelfs musea met strafrechtelijke procedures te maken krijgen als voorwerpen in hun bezit een ‘illegale’ herkomst blijken te hebben.
Wanneer moet je herkomstonderzoek doen?
Herkomstonderzoek moet in ieder geval worden gedaan voorafgaand aan verwerving van een cultuurgoed. Het opnemen van deze stap in het acquisitiebeleid is dan ook zinnig. Daarnaast is het verstandig om de herkomst van bestaande collecties zo volledig mogelijk in kaart te hebben of krijgen. In de praktijk zal daar misschien (pas) ter gelegenheid van een tentoonstelling of een project capaciteit voor zijn, maar het is belangrijk kritisch de eigen collectie te bekijken, bijvoorbeeld door een steekproef. Dit kan dienen om onbekende verhalen te vertellen en herkomstgemeenschappen te betrekken bij het het beheer van collecties,4 maar ook met het oog op kwetsbaarheid van de collectie voor mogelijke restitutieverzoeken. Tot slot moet ook op het moment dat een object weer wordt ontzameld, de herkomstgeschiedenis duidelijk kunnen zijn voor de nieuwe verwerver.
Wat is afdoende herkomstonderzoek en wat is een ‘goede’ herkomst?
De vraag wat geldt als ‘afdoende’ herkomstonderzoek is niet zomaar te beantwoorden. Dit hangt af van het type object en beschikbare documentatie. Antiquiteiten, archaeologische vondsten, ethnografische objecten, oude meesters of moderne kunst vergen vaak een andere aanpak, waarbij voor buitenlandse antiquiteiten en archaeologische vondsten de nadruk vaker zal liggen op de vraag wanneer en hoe het uit het land van herkomst is gekomen, terwijl voor Europese kunst van voor de Tweede Wereldoorlog de vraag of het in de periode tussen 1933 en 1945 is verhandeld een aandachtspunt zal zijn.
Bij een verwerving moet allereerst worden vastgesteld dat de verkoper of schenker zèlf eigenaar is, of op een andere manier beschikkingsbevoegd om te mogen verkopen.
Verder zijn er drie belangrijke aandachtsgebieden:
1. Kan het object in het verleden zijn geroofd of illegaal zijn uitgevoerd?
Hierbij moet men vooral alert zijn op mogelijk zonder toestemming of vergunning van het herkomstland uitgevoerde cultuurgoederen uit conflictgebieden, zoals het Midden en Nabije Oosten (of Oekraïne). Maar ook uit landen rond de Middelandse Zee, Azië en Midden- en Zuid-Amerika is veel cultureel erfgoed illegaal uitgevoerd. Ga in ieder geval deze punten na:
- Is er een exportvergunning of anderszins toestemming voor uitvoer van de autoriteiten van het herkomstland?
- Gaat het om een object dat mogelijk uit een land afkomstig is waarvoor een embargoregeling geldt, zoals Syrië (vanaf 2011) en Irak (vanaf 1990)?
- Komt het type object voor op de zogenaamde Rode lijsten van ICOM?
- Komen in de herkomst namen voor van handelaren die in verband zijn gebracht met illegale praktijken?
- Was het voorwerp aantoonbaar buiten het land van oorsprong vóór de inwerkingtreding van het UNESCO Verdrag 1970 (te weten 24 april 1972)?
2. Gaat het om een kunstwerk dat van bezitter is gewisseld in Europa in de periode 1933-1945?
Ook al gelden hier geen duidelijke wettelijke eisen, zal dit wel reden zijn om te onderzoeken of sprake is van confiscatie of verkoop onder dwang van het naziregime.
3. Zorgvuldigheid is ook geboden bij de verwerving van objecten die mogelijk onvrijwillig zijn verloren in een koloniale context.
Voorwerpen waarin menselijke resten zijn verwerkt, of die van spiritueel of anderszins cultureel belang zijn voor herkomstgemeenschappen verdienen bijzondere aandacht. Inheemse volkeren kunnen daar rechten op doen gelden op grond van internationale regelgeving. Het is in dit kader ook belangrijk herkomstgemeenschappen te betrekken bij beslissingen over dergelijke voorwerpen.
Zoals gezegd: de ontwikkelingen gaan snel en de punten hierboven vormen geen uitputtende lijst, maar indicaties om extra alert te zijn. Als er een waarschuwingslampje gaat branden, is dit reden om nader herkomstonderzoek te doen of om af te zien van een verwerving.
Herkomstonderzoek voor verwerving is inmiddels de norm. Dit geldt óók bij aankoop op veilingen of beurzen. Dat verkopers op een (gerenommeerde) beurs of veiling zèlf herkomstonderzoek doen en/of onafhankelijke experts een check laten doen, is positief, en soms zijn verkopers bereid een ’title guarantee’ te geven: een garantieverklaring waarbij de verkoper instaat voor een goede herkomst. Dit ontslaat de koper niet van de eigen verplichtingen. Musea vervullen een voorbeeldrol in de zorgvuldige omgang met erfgoed, óók bij verwervingen.
Tegelijkertijd moet nagedacht worden over oplossingen voor ongedocumenteerde objecten die op de markt worden aangeboden of zich al in collecties bevinden, maar dat is iets voor een ander artikel.
Waar kun je terecht met vragen?
Voor meer informatie en hulp bij het uitvoeren van herkomst onderzoek kun je naast experts ook de volgende websites en instanties raadplegen: