De Museumkaart was in 2023 goed voor 9,5 miljoen museumbezoeken bij de 472 aangesloten Nederlandse musea. Dit betekent dat bezoeken met een Museumkaart boven het niveau van voor corona zitten. Vera Carasso, directeur van de Museumvereniging en Stichting Museumkaart: “Op dit moment zijn er ruim 1,5 miljoen Museumkaarthouders, een recordaantal. Het stijgende aantal kaarthouders en museumbezoeken laat zien dat de belangstelling en het draagvlak voor musea in ons land groot is. Tegelijkertijd zien we dat sommige musea het echt zwaar hebben. Het is van groot belang dat musea ook in de toekomst financieel gezond blijven en toegankelijk zijn voor een breed publiek. De overheid moet daarom blijven investeren in ons gezamenlijk erfgoed.”
In 2022 waren er 7,1 miljoen bezoeken met de Museumkaart, met de kanttekening dat musea in januari van dat jaar nog gesloten waren. In recordjaar 2019 waren dat er 9,3 miljoen. Op basis van de 9,5 miljoen bezoeken met de Museumkaart, verwacht de Museumvereniging dat in 2023 een nieuw record is gevestigd wat betreft alle bezoek uit Nederland (met en zonder Museumkaart)*. Het totale bezoek (inclusief de internationale bezoekers) zal waarschijnlijk uitkomen tussen 29-32 miljoen, vrijwel op het niveau van 2019.
Druk op musea ondanks recordaantal Nederlandse museumbezoekers
Niet alleen het Rijksmuseum beleefde in 2023, mede dankzij de tentoonstelling Vermeer, een historisch jaar. Ook musea buiten de randstad zoals het Fries Scheepvaartmuseum in Sneek, het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk en Stadsmuseum Harderwijk en Marius van Dokkum Museum ontvingen een recordaantal bezoekers. Ondanks deze bezoekcijfers zit een deel van de musea toch in zwaar weer. De eigen inkomsten zijn niet voldoende om de stijgende lasten te compenseren. Ook moesten musea tijdens de coronacrisis flink interen op hun reserves en zijn zij voor een belangrijk deel afhankelijk van overheidsinvesteringen, waardoor instellingen ondanks de hoge bezoekcijfers in financiële problemen komen.
Economische en maatschappelijke meerwaarde musea
De hoge bezoekcijfers zijn ook goed nieuws voor de lokale economische bedrijvigheid. Musea hebben een positieve invloed op de aantrekkelijkheid van een gemeente, hun ondernemers en bewoners. “Museumbezoekers gaan op het plein aan de overkant lunchen, even winkelen in de buurt of boeken een hotelovernachting. Daarnaast draaien veel, vaak kleinere, musea grotendeels op vrijwilligers, die van grote maatschappelijke waarde zijn voor lokale gemeenschappen door het hele land. De maatschappelijke en economische impact van musea is groot, terwijl ze primair ook verantwoordelijk zijn voor het behoud van ons gezamenlijk erfgoed. Daar horen passende overheidsinvesteringen bij”, aldus Carasso.
* Het bezoek uit Nederland bestaat uit de Museumkaartbezoeken (9,5 miljoen) en het nationale bezoek zonder Museumkaart (in het verleden was dit altijd meer dan het aantal Museumkaartbezoeken). In oktober 2024 komt de Museumvereniging met de definitieve bezoekcijfers in de publicatie van de Museumcijfers 2023. De definitieve bezoekcijfers bestaan uit bezoeken uit Nederland met een Museumkaart, zonder Museumkaart en het aantal internationale bezoeken.